Op een dag dat de Europese beurzen het moesten stellen zonder inspiratie vanuit New York, lukte het president Mario Draghi van de Europese Centrale Bank om beleggers in een jubelstemming te krijgen. Draghi gaf donderdag aan dat de rente nog een lange tijd op of onder het huidige historisch lage niveau zal blijven. Ook zei hij dat het moment waarop de ECB besluit het huidige losse monetaire beleid terug te draaien, nog ver weg is.

De AEX-index sloot 2,5 procent hoger op 354,51 punten, de MidKap steeg 0,5 procent tot 533,02 punten. De beurzen in Frankfurt, Londen en Parijs wonnen tussen 2,1 en 3,1 procent. De beurzen in New York hielden de deuren gesloten in verband met de viering van Onafhankelijkheidsdag.

De ECB handhaafde het belangrijkste rentetarief ongewijzigd op 0,5 procent. Draghi gaf in zijn toelichting niet aan hoe lang de bank de rentestand ongemoeid zal laten, maar het was voor het eerst dat de ECB zich überhaupt uitliet over de hoogte van het tarief in de toekomst. De beslissing om aan te geven dat de rente voorlopig laag blijft, werd gesteund door alle ECB-bestuurders. De centralebankpresident benadrukte dat het rentebeleid wordt gebaseerd op de ontwikkeling van de inflatie, de economie en de kredietverlening.

Somber

Draghi herhaalde verder dat de Europese economie in de loop van dit jaar zal stabiliseren. De vooruitzichten voor groei blijven echter somber en de kans blijft groot dat de ontwikkelingen uiteindelijk slechter uitvallen dan nu wordt voorspeld.

Alle 25 fondsen in de Amsterdamse hoofdindex boekten winst. Staalconcern ArcelorMittal voerde de lijst aan met een winst van 4,9 procent. Chipmachinefabrikant ASML, elektronicaconcern Philips en bank en verzekeraar ING volgden met plussen van rond de 4 procent.

Stijgers en dalers

In de Midkap stonden de bouwers BAM en Heijmans bovenaan met een winst van 2,4 procent voor beide. Tankopslagbedrijf Vopak was de sterkste daler met een min van 1,7 procent na een adviesverlaging door Morgan Stanley.

De euro ging verder omlaag na het rentebesluit en was 1,2920 dollar waard, tegen 1,3010 dollar bij het slot van de Europese beurzen op woensdag. De prijs van Amerikaanse olie zakte 0,2 procent tot 101,06 dollar per vat. Brentolie werd 0,4 procent goedkoper, op 105,33 dollar.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl